Z I L V E R E N H E L M E N H A L E N /2
EEN VERGETEN LEGEREENHEID
Tijdens de Slag der Zilveren Helmen,
op 12 augustus 1914, was een opvallende rol weggelegd voor de inmiddels lang-vergeten legereenheid:
het bataljon karabiniers-wielrijders.
Op en rond de slagvelden van de Groote Oorlog werden heel wat recente uitvindingen ingezet:
vliegtuigen, auto's, telefoons, zeppelins, filmcamera's...De fiets past in dat rijtje en dat is begrijpelijk: het is een handige en flexibele manier om de omgeving te verkennen en om van en naar het front te gaan. Rond de eeuwwisseling had al een kwart van al de Belgische karabiniers een fiets.
In 1913 werd het bataljon karabiniers-wielrijders opgericht. Dat telde toen 500-600 man. Omdat ze zo mobiel waren werden ze vaak ingezet als verkenners. Op 12 augustus 1914 vochten ze echter in de eerste lijn: aan de brug bij de Gete, aan de spoorwegberm en in de velden, zoals hier. Daar lagen ze in een hinderlaag, klaar om de Duitse ruiters op te vangen en terug te slaan. Achter hen lagen lansiers in een volgende hinderlaag.
Vanwege hun donkere uniformen en omdat ze zo verbeten streden, kregen de karabiniers-wielrijders van de Duitsers de bijnaam Schwarze Teufel, Zwarte Duivel.
Na de oorlog namen ze een zwarte duivel op in hun embleem.
De gedenksteen werd ingehuldigd in 1976. het gaat om een blok natuursteen uit de Oostkantons, een streek die na de Eerste Wereloorlog van Duitsland overging naar België. Het indrukwekkende formaat verwijst naar de inzet en offerbereidheid van de karabiniers-wielrijders.
Aan de Slag der Zilveren Helmen deden ongeveer 6.000 Belgische militairen mee. De namen van hun eenheid geven een idee van de complexe organisatie van een leger te velde:
het 1ste en 2de Regiment Gidsen, het 4de en 5de Regiment Lansiers, het 4de en 24ste Linieregiment het bataljon Karabiniers-wielrijders, een groep Rijdende Artillerie, een sectie radio-operatoren en een vervoerskorps.